Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed

Markigheden

De Drentse Boermarken op lijst Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed

De Drentse Boermarken zijn definitief opgenomen op de lijst van de Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed. 

Donderdag 24 november 2016 werd daarvoor het certificaat getekend, tijdens de jaarvergadering van de Vereniging Drentse Boermarken. Tijdens die bijeenkomst in Rolde, werd ook een duidelijke boodschap afgegeven richting Drentse politiek. De Boermarken willen dat het aantal vossen sterk wordt gereduceerd in Drenthe, om nog te redden wat er te redden valt van de weide- en akkervogels. Deze dieren zijn volgens Drentse natuurkenners op sterven na dood.

Algemene vergadering in teken weidevogels en erfgoed Boermarken willen hardere aanpak vos

De ondertekening van het certificaat Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed en het verbeteren van de weidevogelstand in Drenthe waren donderdagavond belangrijke punten tijdens de algemene vergadering van de Vereniging Drentse Boermarken in Rolde. Vooral de discussie over het herstel van de akker- en weidevogelstand in Drenthe maakte de tongen los. De boodschap aan de Drentse politiek was duidelijk: zorg dat de vos fors in aantal afneemt.
 

Voordat de discussie begon werd de opname van de Drentse Boermarken op de Immaterieel Cultureel Erfgoedlijst bekrachtigd. Door de voorzitter van de Vereniging Drentse Boermarken, Albert Lanting (op foto links) en door de heer Frans Schouten (op foto rechts) van het Kenniscentrum Immaterieel Erfgoed werden de handtekeningen gezet onder het bijbehorende certificaat. Daarmee is de opname van de Drentse Boermarken op die lijst een feit. Frans Schouten liet weten dat de Drentse Boermarken een “levend stuk erfgoed” vormen, “erfgoed van mensen dat wordt doorgegeven aan nieuwe generaties”. De Drentse Boermarken zijn in de Middeleeuwen ontstaan en voorzitter Albert Lanting zei te hopen dat de Vereniging Drentse Boermarken ook in de toekomst nog heel veel goede dingen voor Drenthe zal doen.

Drentse boermarken

Centraal stond een door Andries Ophof geleide forumdiscussie over het verbeteren van de akker- en weidevogelstand in Drenthe. Het forum werd gevormd door Jan Nicolai van de Vrijwillige Weidevogel Bescherming, akkerbouwer Otto Willem Eleveld, Henk Nijmeijer, lid van provinciale staten voor GroenLinks en Erik de Gruijter van Landschapsbeheer Drenthe. De boodschap aan provinciale staten, die binnenkort een standpunt gaan innemen over weidevogels, was glashelder: zorg dat het vossenbestand goed wordt gereguleerd.
Dat de Boermarken daarbij willen samenwerken met de Terrein Beherende Organisaties (TBO’s) werd ook duidelijk, maar ondanks een convenant dat met de TBO’s is gesloten, blijft er enig wantrouwen, zo bleek. Vooral de in de zaal aanwezige boeren zien te weinig daadkracht van de TBO’s bij het reduceren van de vossenstand. De vos is in de ogen van de boeren nog altijd de grootste vijand van de weide- en akkervogels.

Kritiek kwam vooral vanuit de Boermarke Westdorp. In dat gebied zijn binnen drie jaar 301 vossen geschoten. De populatie vossen in Drenthe is vele malen hoger dan de norm, zo werd gezegd. Er wordt gesteld dat drie vossen per 1000 hectare grond acceptabel is, maar in Drenthe zijn er 50 tot 60 stuks op 1000 hectare. “De vos is het enige zoogdier naast de mens, dat nog steeds uitbreidt in aantal”, zo werd vanuit de zaal opgemerkt.
De Boermarke Westdorp deed nog beroep op het provinciaal bestuur. “Geef ons alstublieft een lichtbakvergunning en de vrijheid om het aantal vossen te reduceren.” Het leverde de spreker een fors applaus op. Een aanwezige jager sprong bij: “Tegenwoordig gaat het bij natuurbeleid om torretjes, padden, otters en dassen, maar wij zijn niet in staat om weidevogels te beschermen. Dat is politieke armoede. In Drenthe is de weidevogel op sterven na dood.”

Drentse boermarken